Mijn compagnon is dol op dieren. Ik niet.
Sinds jaar en dag hoor ik steekhoudende argumenten aan over het nut van een aquarium op kantoor, een kanarie dan wel een kantoorhond. Vooral de lobby over de kantoorhond heeft een vlucht genomen. Uit onderzoek van de Virginia Commonwealth University bleek in 2012 immers al dat een kantoorhond stress op de werkvloer vermindert. Ook een onderzoek in de International Journal of Environmental Research and Public Health uit 2017 toont aan dat een hond op de werkvloer een bron van sociale steun vormt en een positief effect heeft op interacties tussen werknemers. Kortom, waarom hebben wij er nog geen?
Dat kan ik makkelijk uitleggen. Het grootste nadeel is dat niet iedereen even dol is op het fenomeen hond. Dat geldt voor zowel collega’s alsook voor klanten. Zij worden door diens aanwezigheid gedwongen zich te verhouden tot het beest. De dagelijkse zorg van de viervoeter moet worden opgepakt door een medewerker die zich in diezelfde tijd echt nuttig kan maken door werk te verzetten waar hij/zij voor is aangenomen binnen het bedrijf. En op een regenachtige dag ruikt een kantoorhond – en daarmee het hele kantoor - naar “natte hond” … ik bedoel maar.
Om de lobby in de kiem te smoren heb ik met sinterklaas een opblaaspapegaai cadeau gedaan die bovenstaande nadelen niet kent. Dit is een kleine 3 jaar goed gegaan. Daarna is het bergafwaarts gegaan en hebben de voorstanders van de kantoorhond de overhand gekregen. Zo heeft Frits, onze eigen poedel pup, zijn intrede gedaan en alle nadelen zijn waar.
Maar … ik moet eerlijk bekennen de voordelen ook. Tot mijn grote verbazing – en nog meer verbazing bij mijn compagnon – ben ik dol op Frits. Als hij 's ochtends binnenkomt, kan ik het niet nalaten om hem even aan te halen. Er verschijnt een glimlach om mijn mond als hij onder het bureau in slaap valt en mijn hart smelt als hij in de bench met een scheve kop smeekt om een beetje aandacht.
Wat een fantastische nieuwe medewerker!