Portret Bas Vissers – Medewerker Buurtteam Dukenburg

Blog-PeopleofTwomorrow-BasVissers

Mijn vroegste herinnering aan mijn vader is een hele fijne. Ik was drie en zat in een kinderzitje bij hem voorop de fiets, Joop Zoetemelk had net de tour gewonnen. ‘Als iemand ons inhaalt, ga je klappen en roep je Jopie, oké?’ zei mijn vader. Dat deed ik en we hadden samen de grootste lol. Het staat in schril contrast met de strijd die later jarenlang tussen mijn pa en mij zou woeden.

Het gezin waarin ik ben opgegroeid zat emotioneel niet goed in elkaar, moeilijke gevoelens werden weggestopt, het ging om hard werken en de blik vooruit. Op school liep ik rond mijn 13e vast, thuis werd dit niet geaccepteerd. Dat vond ik erg onrechtvaardig, want ik deed echt mijn best. Door de reactie van mijn ouders voelde ik me onbegrepen, mijn schoolresultaten holden achteruit en ik snapte steeds minder van mezelf. Jaren van mislukte studies, zoeken, blowen, depressie en behandeling volgden.

Wat me op de been hield in mijn tienerjaren, was mijn werk in de boekhandel. Dat vond ik leuk om te doen en ik kreeg positieve feedback op de flair waarmee ik mensen hielp. Het zorgde ervoor dat ik aangehaakt bleef bij het gewone leven. Via werk liet ik aan mezelf zien dat ik functioneerde, dat gaf me een veilig gevoel voor de toekomst: mocht het allemaal niet lukken, ik kon werken. Aan dat idee trok ik me op.

Totdat werken niet meer ging, toen bereikte ik de bodem. Als je je echt patiënt gaat voelen, komt er afstand tot het alledaagse. Als cliënt van de GGZ, is het steeds lastiger je mens te blijven voelen. Je wordt ook minder gezien als mens, je bent je problemen en zo word je benaderd. Door de GGZ, door je eigen omgeving en op een gegeven moment door jezelf.

Zes jaar geleden liep ik voor het eerst bij Ixta Noa naar binnen, een collega ging daar eten en ik ging mee. Ixta Noa is een organisatie die werkt vanuit ervaringsdeskundigheid, drie jaar ben ik deelnemer geweest. Het doel genezing was niet realistisch gebleken, het was me inmiddels duidelijk dat ik werkte aan herstel. Dat kon ik daar samen met anderen doen.

De meerwaarde van ervaringsdeskundigheid, heb ik zelf mogen ervaren. Ik werd aangesproken op mijn capaciteiten en kreeg erkenning dat ik hard aan het werk was om iets van mijn leven te maken. Dat gaf vertrouwen en moedigde me aan. Door de herkenning in lotgenotencontact werd ik weer meer mens, mijn binding met de maatschappij kwam terug, mijn connectie met andere mensen. Het ging om willen, niet om moeten, ik mocht zelf beslissen over volgende stappen. Ik weet nog dat ik dacht: mag dat, mag ik zelf nadenken? Die zelfregie was zo’n opluchting. Dat stukje mens-zijn was ik onderweg kwijt raakt.

Inmiddels ben ik van stoel gewisseld en beroepskracht binnen Ixta Noa. Het hele idee dat dit nu mijn werk is, gaat mijn voorstellingsvermogen te boven.

We zijn waardes gaan missen in de GGZ, waardes als tijd, aandacht, liefde en geduld. Dat zijn de waardes waar ik nu als ervaringsdeskundige mee werk. Hoewel ik als kind graag minister wilde worden, merk ik dat deze rol me goed past. Ik ben empathisch, luister graag, praat ook graag en kan dingen goed duiden. De gesprekken die ik als ervaringsdeskundige mag voeren, zijn echt en eerlijk, van mens tot mens. Voorbij de eerste oordelen en indrukken. Er is niks mooiers dan dat.

De timing van dit gesprek is bijzonder voor mij, ik heb een lange weg bewandeld die in het teken stond van het oplossen van problemen en het beter leren kennen van mezelf. Nu sta ik op een kantelpunt en soms voelt dat nog wat ongemakkelijk. Ik ben gewend aan problemen en wat minder aan succes. De goede dingen die ik nu meemaak, voelen voor mij niet vanzelfsprekend. Daar ga ik de komende maanden eens rustig aan wennen in mijn nieuwe huis.

De tweede helft van mijn leven wordt in ieder geval een stuk leuker en kleurrijker dan de eerste.

Durven voelen speelt daar voor mij een belangrijke rol in. Echt voelen is lastig en niet iedereen krijgt daar de goede basis in mee. Vroeger rende ik er zelf voor weg, mijn ouders hebben nooit geleerd ruimte te geven aan emoties en ik dus ook niet. Gevoelens maakten kwetsbaar en waren vooral ingewikkeld en vervelend. Inmiddels weet ik dat kwetsbaarheid ook een kracht is. In mijn werk bij Ixta Noa doe ik niet anders: door inzet van mijn eigen kwetsbaarheid help ik anderen. Juist door te voelen, ben ik mezelf geworden. Tegen iedereen zou ik willen zeggen: durf te voelen!